EEN HANDVOL
TREDEN
ZOLDER
Een handvol treden
rechtop overeind
wacht , sluit gordijnen
tot het komt en weer verdwijnt,
dit is liefde met een deur
LATER
IN DE EEUWIGHEID
dit keer lag
het niet aan mijn moeder,
mijn moeder leeftt niet langer
naast mij,
tijden gaan
voorbij, ook wij
Ze ging dood
toen ik bij
op de kamer zat en naar haar keek
ik kijk naar haar foto op de schoorsteenmantel
ik ben geen moederskindje,
ik ben een
moederszoon,
Zoals ze
briefjes naar me schreef, zoals ik ze vanmorgen las,
hing ze voor
even weer aan de telefoon
vroeg mij hoe het was, net zo als ik aan haar
ach het gaat zo zijn gangetje, het oude mens
is moe, dat mag toch als je zo oud bent
en jij? Houd je het nog een beetje vol
dat moet
voor Rita ook niet makkelijk zijn
nee mam
ik zal voor je bidden jongen
VOOR
IDA GERHARDT
Toen de zeeman
de sirene hoorde
stopte zij haar vingers in zijn oren.
En ging bij
hem aan boord
nooit werd
schoner zingen gehoord
op zee,
dan die twee
eros en eotica,
samen op weg
naar itaka
DOODSVERLANGEN,
Ik doe niet aan doodsverlangen, ,
die bizarre Duitse romantiek
Doodsverlangen is voor pubers
die een opstel moeten schrijven
Zoals ik,
ik zat wat
verloren
in klas en lijf
en loog diepzinnig en dacht
een 8
de leraar dacht
een vijf
HERINNERING
Herinnering
werd wakker
in het
verkeerde bed,
en vroeg het
meisje naast hem waar hij was
Zij keek hem aan
Dit is het goede bed zei ze want hier lig ik,
en in een goed bed kun je niet vergeten,
een goed bed is een
ijzersterk
flexibel improviserend duo geheugen,
de kunst van het gewilde weten
In een goed
bed kun je je hersenen
naast je
bril op het kastje van de badkamer leggen
Wat vind je,
zullen wij de dag noch even doornemen
En weer vergat ik
het vers om
te onthouden
VOOR RITA BIJ THUISKOMST
woensdag
voor Rita
Symfonisch gekleed in verlangen,
wervelt zij door de kamer.
haar hakken
tikken .
Ritme en
maat op het laminaat
De radio zingt,
Dat zomaar kan zijn
wat is
Het volgende nummer heet refrein
STRING
Ik ben bang
voor grijze stenen
En voor kiezels op het strand
De waarheid gaat op lange benen
Tot op haar billen bruingebrand,
Laat maar komen, denk ik en zing
Lekker ding waar is je string
Nooit gedacht,
Mens is mens
ding is ding,
ik leg mijzelf te vondeling,
met een gat in mijn verstand
aangespoeld op een kiezelstrand
ZONDER CLOU
De vis zoekt relatie met
zijn vanger,
er moet nog wat worden
gezegd
zonder punt vraagteken of
antwoord
verlangen kijkt toe
vanuit de boom
De blaadjes ritselen, er
is geen clou
Alleen de steen ligt stil
en droomt
en wordt wakker naast de vis
dit is waarheid
Er was eens een probleem
sorrry zei de prins.
dit keer kan ik je niet
helpen,
je moet het zelf maar
doen,
dat deed de prinses,
haar moeder was trots.
de prins danste met de
prinses en de taart was lekker
ACHTEROM
Wat zie jij als je
achterom kijkt?
vraagt de vis aan de bom
Hetzelfde als voor mij uit,
ritselt de boom
Hij is trots op zijn takken
Die maken kringen in het water
als ze zwiepen
Heb jij geen verleden? vraagt de vis
Ik vergeet alles wat ik niet nodig heb,
zegt de boom
Ik leef licht en luchtig
Dat lieg je, zegt de steen.
Je verstopt je verleden
tussen je wortels
en je neus,